In 2024 staat literair bij mij in het teken van Italiaans. Het inmiddels 9de jaar van de literaire reis.
Niet dat ik er voldoende tijd voor maak. Helaas denk ik soms, maar er is vaak teveel te doen. Werk, schrijven en managementliteratuur en duurzaamheidsboeken tot mij nemen.
Voor dit jaar is de ambitie het volgende:
Italo Calvino’s Marcovaldo, maar daar vond ik net als Baudolino van Umberto Eco niet echt doorkomen aan. Als op een wintersnacht een reiziger ga ik nog echt wel een keer lezen. Het eerste kwartaal kwam ik niet verder dan Beneden in het dal van Paul Cognetti.
In het tweede semester had ik grootse leesplannen maar (teveel) andere zaken gooiden roet in het eten van De Tijgerkat van Tomas di Lampedusa. Ik ben er zeker in begonnen. De zomer was gereserveerd rond bio’s van de grote Renaissancisten, Leonardo, Dante en Michelangelo, maar… bekend verhaal. Er ligt een mooie versie van La Divina Comedia al twee jaar te wachten.
Ik heb me in het voorjaar wel vermaakt met het kleine werk Abel door Allessandro Baricco
Mijn aandacht werd wel getrokken door De geniale vriendin van Elena Ferrante omdat ze onder de Amerikaanse literaire deskundigen op 1 werd gezet in een lijst met literaire hoogtepunten van deze eeuw.
De overige Italiaanse leesplannen (naast uitlezen waar ik aan begonnen ben): Nathalie Ginzburg Familielexicon (Privédomein), De kleine geschiedenis van Italië, Bekentenissen van Zeno door Italo Svevo en Yourcenar’ Hadrianus. Er staat nog veel meer op mijn lijst, maar ik zal er vast te weinig tijd voor hebben.
No comments yet.